Bangkok, 24 juni 2007. Juwelen te koop
Het is niet de eerste keer dat ik in Bangkok ben. Een kleine 20 jaar geleden was ik er ook al eens en er zijn sindsdien wel wat dingen veranderd. Maar is ook veel hetzelfde gebleven. De mensen bijvoorbeeld. Ze proberen je nog steeds van alles te verkopen. Boat-tour sir? New suit sir?? Tuk-tuk sir?? Where are you going? En als je dan gaat onderhandelen met zo’n tuk-tuk bestuurder dan gaat dat ongeveer zo: ik zeg waar ik naartoe wil en hij noemt zijn prijs. Ik doe verbaasd en zeg hem dat ik niet het hele voertuig wil kopen maar dat ik alleen maar van A naar B vervoerd wil worden. Hij vraagt wat ik wil betalen en als ik dan een bedrag noem van ongeveer 1/3 van wat hij vroeg, dan lacht hij verbaasd over het natuurlijk veel te lage bedrag. Maar na lang loven en bieden kom je op ongeveer 50 a 60 % van zijn vraagprijs uit. Maar…. dan moeten we wel langs een winkel langs waar hij klantenprovisie krijgt, een kledingzaak of juwelier. Vaak krijgt hij daar dan een liter benzine of een klein bedrag in geld. Dan begint de tocht. De gemotoriseerde driewieler wordt knetterend en rokend in gang gebracht en baant zich op kamikaze-achtige wijze door de altijd aanwezige files (dat is iets wat in de laatste 20 jaren alleen maar verergerd is). Als je dan op de plaats van bestemming aan komt, je levensverwachting is gedurende de tocht door de uitlaatgassen minstens met een jaar verkort, komt het afrekenproces. Vaak noemt de bestuurder een hoger bedrag dan was afgesproken. Er stond een file!! Ik moest omrijden!! De benzine is duurder geworden!! Alles wordt uit de kast gehaald om meer te krijgen. Maar afspraak is afspraak. Ik betaal het overeengekomen bedrag.
Op een dag wilde ik naar het Royal Palace en hield een tuk-tuk aan. Het paleis is gesloten werd me verteld. Ach… dacht ik, vast weer een truck om me ergens anders (duurder) heen te brengen. Dan de volgende tuk-tuk maar. Maar ook de volgende vertelde dat het paleis dicht was en de derde ook. Het was een bijzondere Boeddhistische dag en het paleis zou pas later op de dag open gaan. Maar.. vanwege de bijzondere dag zijn er wel andere plekken te bezichtigen die anders het gehele jaar gesloten zijn, vertelde hij. En… wist u dat er een juwelenexpo is. Vandaag is de laatste dag dat u hem kunt bezoeken. Als u er juwelen koopt kunt u die in Nederland voor zker het dubbele bedrag verkopen. Daar moet u heen!! Ja ja dacht ik… verkooptruck, provisie, daar trap ik niet in. Eerst maar eens naar die Lucky Boeddha die maar eens per jaar te bezichtigen is.
Daar aangekomen maakte ik wat foto’s van een liggende en zittende Boeddha. Ook trof ik een biddende man aan. Uitgebeden, vroeg hij waar ik vandaan kwam. Ik had geluk zei hij, dat ik op deze dag in Bangkok was en….. was ik al bij de juwelenexpo geweest om juwelen te kopen? Hij was pas getouwd en had met zijn creditcard voor een behoorlijk bedrag aan ringen en colliers gekocht. Die ging hij in Australië, waar hij morgen op huwelijksreis heen ging, weer verkopen. Met de verwachte winst kon hij zijn hele huwelijksreis bekostigen. Ga ook juwelen kopen, raadde hij aan. Het kan nog net!! He… dacht ik. Dat is de tweede keer vandaag.
Mijn toeristische trip ging verder en ik kwam terecht in een tempelcomplex. Ik raakte met een van de gidsen aan de praat. Waar ik vandaan kwam en of ik uitleg wilde. Nee dank u zei ik, ik loop liever even alleen. Bent u al bij de expo geweest?? Wat?? U bent de derde al die het me vraagt. Nogmaals kreeg ik uitleg over de expo en ditmaal maakte ik zelfs kans op een 300 % winst als ik de daar gekochte juwelen weer zou verkopen. Een soort winstverdriedubbelaar! Je bent gek als je het niet doet en je kunt er nog net op tijd heen. Ze sluiten over een uur!!
Drie keer op een dag hetzelfde bericht! Met de angstige gedachte dat ik anders veel geld zou mislopen dacht ik “ik moet toch maar eens gaan kijken” en ik vroeg de tuk-tuk chauffeur er naartoe te rijden. De expo, een groot gebouw met tientallen juwelenstands, was gelukkig niet veraf. Heeeeeeel vriendelijke mensen daar. Drankje meneer? En waar had u belangstelling voor? Wat had u in gedachten? Gedreven door dollartekens en grote winstvooruitzichten heb ik er een robijnen hanger en een herenring met grote saffier gekocht.
Welk een groot genot om zo’n sierraad aan uw vriend, vriendin of echtgenoot te schenken! De gelukzalige glimlach als hij of zij de verpakking opent, de deksel van het doosje openklapt en het flonkerend juweel de ogen bijna verblind! Het ontroerende moment als het sierraad voor de eerste maal wordt gedragen. Een positieve impuls voor uw relatie!!! Zou het niet prachtig zijn iemand te verrassen met zo’n robijnen hanger of zo’n prachtige herenring met saffier. Of doe het gewoon uzelf kado. Dat wilt u toch ook!!! En nu kan het nog maar u moet wel snel zijn!
Ze zijn trouwens te koop…..
Bij mij!
Bangkok, 25 juni 2007. Ping-pong-show
Tijdens het afrekenen werd de nieuwe ring op maat gemaakt En in de tussentijd maakte ik een praatje met de eigenaar van de juwelenstand. Na wat koetjes en kalfjes zei hij dat het nog wel even kon duren en dat het misschien beter was de tuk-tuk-bestuurder te betalen en weg te sturen. Ik zou dan met de bedrijfsauto naar mijn hotel worden terug gebracht. “Te veel betaald”, dacht ik meteen. Anders bieden ze dat niet aan. Ik besloot het toch maar te doen. Een airco-gekoelde limousine is tenslotte veel aangenamer dan een rokende tuk-tuk. Toen ik weer binnenkwam vervolgde hij “en…. omdat u zo’n goede klant bent, bied ik u aan om morgen de gehele dag gebruik te maken van onze limousine met chauffeur”. “Veel te veel betaald!!!” Maar ja.. gedane zaken nemen nou eenmaal geen keer. De volgende ochtend stond de chauffeur om 8 uur s’ochtends voor de deur. Ik had al een beetje een programma gemaakt waar ik heen wilde en noemde het op: paleis (nu wel open), wat andere tempels en pagodes en aan het einde van de dag naar de ambassade van Myanmar om mijn visum op te halen. En s’avonds? vroeg de chauffeur. U kunt de auto gebruiken tot middernacht. Weer ging de gedachte van te veel betaald door me heen. S’avonds ook? vroeg ik. Daar heb ik eigenlijk nog niet over nagedacht. Ik kan u onze culturele show adviseren zei hij.
Dat is een show met veel artiesten over het verleden en heden van Thailand. Het leek me wel wat. De dag vloog voorbij en het aanvankelijk geplande diner (niet door de zaak betaald…. gelukkig eigenlijk) haalden we niet vanwege de file. Ik was maar net op tijd voor de show. Een grote zaal en een enorm podium. Zo’n 100 zangers, dansers en acrobaten, zelfs 2 levende olifanten, presenteerden het vroegere stammenleven, de komst van andere volkeren, de oorlogen en het ontstaan van het huidige Thailand. Een spetterende show.
Na afloop stond de chauffeur weer op me te wachten. Wat wilt u nog meer vroeg hij. Ach, zei ik, ik heb het eigenlijk wel genoeg gezien. Breng me maar naar mijn hotel. Wilt u niet naar de Ping-pong show dan? De meeste toeristen gaan daar ook heen. Ik twijfelde. Ik wist dat tafeltennis met name in China erg populair is. Dat het in Thailand ook veel wordt gespeeld was mij niet bekend. Vroeger keek ik op Studio Sport wel eens als Bettine Vriesekoop speelde. En dan had je ook nog die man met die vreemde naam: Trinko Keen. Verder gaat mijn tafeltennis kennis niet. U kunt er ook wat bij drinken, vervolgde hij. Dat gaf de doorslag. Nou vooruit zei ik, ik kijk een paar wedstrijden, drink een biertje en dan naar het hotel.
We stopten in een drukke nauwe straat vol met marktkramen. Wat een vreemde plek voor een ping-pong complex, dacht ik nog. Mijn verwondering werd nog groter toen we een zeer smal en donker pand binnengingen. Hier kan geeneens een tafeltennistafel staan. Een charmante vrouw inde het entreegeld. Een drankje is gratis zei ze. De deur ging open en waar ik een muffe sportzalengeur verwachtte, rook het anders. Ook geen gejuich van toeschouwers maar harde discomuziek. Sterker nog……het was geen sportzaal maar een spaarzaam verlicht donkerbruin cafe. Kan ook gezellig zijn. Dan maar geen wedstrijd.
Nadat ik een biertje had besteld kreeg ik al gauw gezelschap van een paar andere bezoeksters die een geanimeerd gesprek met me begonnen (waar ik vandaan kwam etc.). Toen mijn ogen wat aan de duisternis gewend raakten zag ik dat ik niet in een gewoon donkerbruin cafe was. Tegenover me, in een hoek, was een podium waar drie halfontklede dames een soort paringsdans uitvoerden met een tussen plafond en vloer bevestigde metalen paal. Even later me ook de term “ping-pong-show” duidelijk. Een geheel ontklede vrouw stopte tafeltennisballen in haar edele delen en wilde me een tafeltennisbatje in mijn handen duwen. Om de ballen terug te slaan, zei ze. Geef mijn portie maar aan Bettine zei ik. Even later vlogen de ballen om mijn oren. Terwijl ik mijn biertje opdronk was ik nog getuige van een “bevalling van een meterslang kralensnoer en zelfs van een lijn met scheermessen. Tijdens mijn vertrek “blaasde” een van de meest vaardige dames mijn aftocht met een klein trompetje. Toet-toet!
Dit was dus de ping-pong-show. Het klapstuk van de Thaise culturele avond.
U bent snel terug, zei de chauffeur. Ach.. zei ik, tafeltennis is toch niet zo mijn sport.
Zuid Thailand, Gurneys pitta
De weg van Bangkok naar het zuiden van Thailand is lang en niet ongevaarlijk. Onderweg veel ongelukken compleet met op de snelweg liggende lijken. De term hersenspoelen heeft hier voor mij een andere betekenis gekregen. Maar daar wil ik niet over schrijven.
Ik ben op weg naar de plek waar ik een heel zeldzame vogel hoop te gaan zien. Of… op zijn minst horen. Dat telt voor mij ook. Maar we zijn er nog niet en onderweg er naartoe is ook nog veel te zien. Zo komen we langs veel natte rijstvelden en dat trekt natuurlijk allerlei watervogels aan. Koereigers bij de vleet, kleine, grote en middelste zilverreigers, Chinese en Javaanse poelreigers, vele witborstijsvogels en de nodige zangvogels. Ik kan mijn hart weer ophalen.
Voor deze trip heb ik een gids en een chauffeur met auto ingehuurd. Het is wat duurder maar dan is de kans om DE vogel te zien veel groter. Maar er is een taalprobleem. Niet dat de gids geen Engels spreekt maar de uitspraak is soms erg verwarrend. Klinkers worden soms niet uitgesproken en het ergste is dat hij de “r” als “l” uitspreekt en de “l” als een “r”. Dat geeft de nodige problemen. Als hij een Little Egret ziet denk ik dat hij het over een Ritter Eagle heeft, een arend. Nergens te vinden in mijn boek. Wat heeft hij in vredesnaam voor arend gezien, denk ik. En het ergste is dat ik hem niet heb gezien. Waar???? Vroeg ik nog. En hij wees alleen maar naar de kleine zilverreigers. Zit ie daartussen?. No, zei hij. Goed….??? Na een dag of twee was ik er aan gewend en had ik het zelf voor het gemak ook over brrbrr’s (=buulbuuls) en Hellons (Herons, reigers).
Onderweg komen we langs de plek waar vroeg in het voorjaar soms heel zeldzame steltlopers worden gezien. Het is een plak vlakbij Phuket, u weet wel, waar iedereen heen gaat. Samen met de gids varen we in een bootje langs de mangroven. Hier komt de mangrovepitta voor zegt Amorn, de gids. En het klopt want even later horen we hem. Het is moeilijk om in mangrovebossen te lopen. De bootbestuurder laat ons zien dat het wel mogelijk is en stapt uit de boot. Hij wil ons de pitta’s laten zien. Na een minuutje ploeteren zit hij onder de bagger. Ik blijf wel in de boot zeg ik. Stuur hem maar hierheen. De man baggert verder en het geluid van de vogel houdt op. Maar even later klinkt het een stuk dichterbij en zien we hem ook. Mooie beestjes die Pitta’s.
De boottocht gaat verder en onderweg zien we nog een paar short-clawed otters waarvan er eentje een stuk vislijn om zijn lichaam heeft. Op het strand waar in januari en februari de lepelbekstrandloper en soms de Nordmann’s groenpootruiter wordt gezien, zien we alleen wat regenwulpen. Te laat in het jaar voor deze zeldzaamheden. Maar we worden beloond met een mooie zonsondergang. We gaan terug.
Maar, zegt Amorn tijdens het diner, voor de Gurneys pitta, de wenssoort voor deze trip, is het nu wel de goede tijd. Iedereen zegt dat het niet de goede tijd is, dat de vogels stil zijn en op het nest zitten en dus moeilijker te vinden zijn. Nee, zegt hij, doordat ze nu jongen hebben zijn ze juist actiever met voedsel zoeken en dus beter te zien. Mijn hoop wordt gesterkt. Morgen komen we aan op de juiste plek. Een klein stukje secundair regenwoud omsloten door rubberplantages. Het gebied is in gevaar. Regelmatig worden stukjes ervan gestolen door de plantage-eigenaren. Daarmee is ook de Gurneys pitta in gevaar. Men schat dat er in Thailand nog slechts zo’n 30 a 40 vogels leven. Eerst dacht men dat dit de laatste plek was waar de vogels nog voorkomen maar onlangs is in het naburige Myanmar nog een populatie ontdekt. Er is nog hoop. Alhoewel, zo voorzichtig gaat men nou niet om met deze zeldzaamheden. Ik heb gelezen over vallen, speciaal voor Gurneys pitta’s en er gaat een gerucht dat aan een van s’-lands ministers, een vogelverzamelaar, een Gurneys pitta kado is gedaan.
De volgende dag komen we aan in….. Het vogelaarshotel ligt dichtbij het reservaat en heeft een mooie tuin. En…. de eerste vogel die ik in de tuin zie is een pitta. Geen Gurneys maar wel een mooie Blue winged Pitta die zich ook nog aardig laat fotograferen. Na de lunch gaan we direct het reservaat in op zoek naar de felbegeerde vogel. Amorn vertelt dat het 7 jaar geleden is dat hij de vogel heeft waargenomen. Op track B. Voorzichtig lopen we het paadje op. Het is nat en erg modderig De klei blijft aan de schoenen kleven, muggen zweven om mijn hoofd en ze steken ook nog. Een schril gepiep klinkt van links en er scheert een ijsvogel over ons heen. Een ……….Kingfisher, zegt Amorn. We lopen naar een beekje en zien hem daar op een tak zitten. Te ver voor een foto helaas.
Langzaam lopen we weer verder. Amorn hoort een geluid en stopt. pitta, zegt hij. Mijn oren proberen het geluid ook te traceren. Dan hoor ik het ook. “Gulnies”, vraag ik. Nee… een Hooded Pitta. Ik wil haast jammer zeggen maar een Hooded Pitta is natuurlijk ook erg leuk. We zien en vooral horen nog veel vogels die dag maar geen GP. Morgen gaan we er vroeg af. Wie weet zijn ze dan actiever.
De volgende ochtend nemen we een ander pad. Weer door vochtig gebied met een riviertje want daar houden ze van. We lopen uren en uren en plotseling horen we weer een pitta. Veraf maar een ander geluid. Gurneys! Zegt Amorn. Van schrik spreekt hij het zelfs goed uit. Zo stil als het maar kan lopen we richting vogel en we horen het geluid steeds beter. Dan is het weer stil en even later klinkt de roep weer, alleen een stuk achter ons. Het zijn schuwe jongens en ze hebben ons eerder in de gaten dan andersom. Een uur lang proberen we dichter bij de vogel te komen maar tevergeefs. Steeds als we denken dat we de vogel bijna moeten kunnen zien, is hij weg en begint het geluid weer heel ergens anders. Ook tijdens de middagtrip herhaalt het horen en niet zien zich. Uren lopen we van hot naar her en weer naar hot. De plek is met recht een “hot-spot”. Hoewel we hem niet hebben gezien, houden we het voor gezien. Morgen is er weer een dag, maar wel de laatste dat we in dit gebied zijn.
De volgende ochtend besluiten we van tactiek te veranderen. De vogel, zo hebben we gemerkt, vliegt steeds heen en weer tussen 2 a 3 plekken. Blijkbaar goede foerageerplekken. Als we ons op een van die plekken proberen verdekt op te stellen maken we misschien meer kans. Al gauw horen we zijn geluid weer. Ergens achter een klein heuveltje waar we hem gisteren ook verschillende keren hoorden. We wachten totdat het geluid ophoudt (we vermoedden dat de vogel dan naar het nest gaat om jongen te voeren) en gaan dan voorzichtig het heuveltje over. Achter een boomstronk wachten we weer. Dan klinkt het geluid weer. Aan de andere kant van het heuveltje waar we net stonden. Rotbeest, denk ik. Het duurt zo’n 10 minuten en dan is het weer stil. Ik bedenk wat ik zal doen, hier wachten of naar de andere kant van de heuvel? Maar lang hoef ik niet te denken want achter een struik beweegt iets op de grond. Ik tik Amorn op de schouder en wijs. Hij ziet het ook. De vogel beweegt nog verder en wordt zichtbaar: donkere borst, lichte oogstreep, wat blauw wat geel-oranje. Het is hem. En het is of de vogel ons enthousiasme kan voelen want het kijkt direct onze richting op en neemt de vleugels. Al met al een moment van misschien een seconde maar wat voor seconde! Geen foto, alleen een “picture in the mind”. Desondanks een vogelmoment om nooit te vergeten!